De borrel op de korrel: alcoholgebruik onder de loep
Met de feestdagen voor de deur, voelde de vermaarde krant De Tijd de al even vermaarde professor toxicologie en farmacologie Jan Tytgat aan de tand over de impact van alcohol. Met bibberende vingers -neen, geen delirium tremens- openden we de krant. De laatste weken zat alcohol immers meer dan ooit in de hoek waar de klappen vallen. Letterlijk, want de klap die Tom Waes maakte, zindert na in alle geledingen van de maatschappij en zet drankgebruik in een slecht daglicht. Jammer, aangezien het niet om gebruik maar misbruik ging, wat ook wij met oprechte overtuiging op de korrel nemen. In een eerder artikel opperden we al de mening dat een glas wijn zijn plaats kan hebben in een verantwoorde levensstijl. Uiteraard is dat een beetje preken voor eigen parochie, maar het betreft wel een oprechte overtuiging die zeker niet verkeerd geïnterpreteerd mag worden als een slinkse poging om de kat bij de melk -of in dit geval de mens bij de wijn- te zetten. Hopend dat Tytgat onze milde mindset deelde, maar vrezend dat hij alcohol naar de gekrochten van de hel zou verbannen, opende ik de krant.
Het artikel begint ontwapenend. Journalist Michaël De Moor geeft ons een inkijk in zijn brein: “Er was een tijd dat ik naar elk feestje of event ging waarop ik werd uitgenodigd, zelfs als ik het niet bijster interessant vond. Niet omdat ik er eindeloos kon netwerken of er een artikel over kon schrijven, maar simpelweg omdat ik het leuk vond om tipsy te worden en nieuwe mensen te ontmoeten. En dat is eigenlijk niet zo vreemd, want alcohol drinken is gewoon leuk.” Tytgat bevestigt én waarschuwt: “Dat je door alcohol in een plezierige sfeer terechtkomt en je je daardoor goed voelt, is een effect dat je niet mag onderschatten. Maar drink met mate, anders word je die zatte nonkel waar iedereen omheen loopt.”
Daarmee legt Tytgat meteen de vinger op de wonde: size does matter en de hoeveelheid alcohol is wel degelijk doorslaggevend. “In de toxicologie is alcohol een mooi voorbeeld van een stof waarbij de dosis cruciaal is”, zegt Tytgat. “Paracelsus, een wetenschapper die op het einde van de vijftiende eeuw geboren werd, verwoordde dat heel mooi: “Alleen de dosis maakt of iets toxisch wordt.” Ik zeg vaak in mijn lessen: “Water heb je nodig om te overleven, maar als je er twintig liter per dag van drinkt, sterf je.” Met alcohol is het niet anders: als je het af en toe bewust nuttigt en niet te veel drinkt, is het niet gevaarlijk. Maar het is een geniepig stofje, want het verzadigt ons lichaam van kop tot teen. Drink je te veel of te vaak, dan zul je fysieke en mentale nadelige effecten ondervinden.”
Ik heb zelf vier kinderen. Mijn dochter mag om medische redenen niet drinken, maar mijn binken van 24, 22 en 20 hebben zich vol overtuiging verdiept in het unieke universum van alcoholische dranken. In veelvuldige vlagen van selectieve doofheid hadden ze het ouderlijke advies ‘geniet met mate’ als ‘giet met maten’ verstaan. Gedurende een aantal jaren waren eindeloze zoektochten naar het sleutelgat en angstaanjagende geluiden uit het toilet constante kots -excuses, kost- tijdens het weekend. Zolang het duurde, was het plezant, maar nu is het tijd voor de jaren van verstand: aan drankmisbruik zijn immers talloze gevaren verbonden. De tol in het verkeer is immens en elk slachtoffer is er een te veel. Ook de impact op de onmiddellijke omgeving kan verwoestend zijn: de zatte nonkel moet je partner of je vader maar zijn. Voor alle duidelijkheid: ook v/x zijn ruim vertegenwoordigd in de categorie zatte ‘nonkel’. En dan zijn er de gezondheidsrisico’s. De ‘facts and figures’ zijn daar absoluut angstaanjagend en nopen tot een moderne versie van ‘bezint voor ge begint’: het is verstandig om te denken alvorens te schenken. Het ‘Global Status Report on Alcohol and Health’ van de Wereldgezondheidsorganisatie zet alcoholgebruik op de derde plek van wereldwijde risicofactoren voor ziekte en invaliditeit. Het goedje is niet alleen verslavend, er bestaat ook een oorzakelijk verband tussen alcohol en een zestigtal verschillende ziektes en aandoeningen, waaronder hepatitis, levercirrose, gastritis, pancreatitis en verschillende kankers, onder meer van de mondholte, keelholte, het strottenhoofd en de lever.
Om het wat dichter bij huis te brengen: in 2020 stierven in Vlaanderen 339 personen aan alcoholische leverziekte. Sterfte als gevolg van psychische stoornissen en gedragsstoornissen door alcoholgebruik kwam op de tweede plaats.
Nog niet zo lang geleden werden aan alcohol in het algemeen en wijn in het bijzonder een aantal positieve effecten toegeschreven. Vooral rode wijn was een wondermiddel tegen allerlei aandoeningen. Krasse knarren die vlotjes over de lat van de 100 jaar waren gegaan, weten dat vaak aan een actief leven én een goed glas wijn per dag. Vele onderzoeken later worden al deze ‘feiten’ naar de prullenmand verwezen: de positieve impact van wijn kan simpelweg niet worden bewezen. Wat wel als een paal boven water staat, is dat te veel alcohol de gezondheid onherroepelijk schaadt. Sinds enige tijd bestaat er een consensus dat tien eenheden per week als bovengrens gelden.
En dat is toch wel een bijzonder belangrijke nuancering. Als je je aan de richtlijnen houdt en af en toe een glas drinkt, is er ook geen enkel wetenschappelijk bewijs dat alcohol schadelijk is. En dat is wel degelijk een gigantisch verschil met roken, waar de eerste haal van die stiekeme sigaret instant impact heeft. Een écht feit dat niet genoeg kan benadrukt worden als wetenschappelijk tegengewicht op de storm aan kritiek op alcohol die maar niet lijkt te gaan liggen. Talloze ex-drinkers nemen alcohol op de korrel, maar ze schieten daarbij ook met scherp op de occasionele borrel. In een zwart-witverhaal is elk glas er één te veel, en dat is (te) kort door de bocht. Kan het zijn dat stoppen met drinken voor hen een echte gamechanger is? Uiteraard wel, maar in nagenoeg alle gevallen was overdadig gebruik -en dus eigenlijk misbruik- de fase die voorafging aan geheelonthouding. Profileren we ons nu als advocaat van de du(i)vel en promoten we een glas op zijn tijd? Absoluut niet: wie niet drinkt én er geen behoefte aan heeft, moet dat vooral zo houden. Wie geniet van een goed glas en dat perfect gedoseerd kan, raden we hetzelfde aan. En wie te veel drinkt of met drank op rijdt, oogst hier absoluut geen applaus op de banken. Maar enige tegenwind tegen de antiolcoholische apostelen, is wel op zijn plaats: het staat hen vrij om hun blijde boodschap te verkondigen, maar dan liefst wel zonder de waarheid geweld aan te doen.
Bij het begin van het nieuwe jaar zitten mensen vol goede voornemens, en gezond eten en alcohol beperken nemen een prominente plek in heel wat lijstjes in. Voor heel wat deelnemers aan allerlei acties is het echter tijdelijk terugschakelen, vaak zelfs met de intentie om de achterstand daarna royaal in te halen. Reculer pour mieux sauter is absoluut te mijden volgens Tytgat: “Als dat betekent dat mensen er nadien weer stevig in vliegen, is dat uiteraard een slecht idee. Bingedrinken, vooral populair bij jongeren, is altijd schadelijk.”
Bij Artevino verkiezen we in alles kwaliteit boven kwantiteit. Dat is een credo op ons persoonlijke parcours en op het professionele pad. Duurzaamheid is een groene draad in heel onze filosofie. Te vaak verengen mensen ‘duurzaam’ naar het ecologische aspect. Uiteraard is dat van het grootste belang. Maar in onze sector gaat het ook over de omgang met mensen. En zeker ook over de gezondheid van die mensen. Duurzaam betekent ook ‘volhoudbaar, langdurig’: zoals we niet willen dat onze producenten irreversibele schade aan de aarde toebrengen door die te misbruiken, willen wij geen irreversibele schade aan ons lichaam toe te brengen door hun prachtige producten te misbruiken. Aan het einde van dit artikel toch een moraliserende les: beter één goed glas dan een hele fles!